Op een afgelegen Indonesisch eiland, tijdens de nadagen van het koloniale tijdperk, valt de Nederlandse suikerfabrikant Jan plotseling dood neer voor de ogen van zijn vrouw Agathe. Hun vervreemde zoon Cornelis en zijn hoogzwangere vrouw Josefien arriveren vanuit Nederland om het familiebedrijf over te nemen. Tot ieders ontzetting blijkt Jans concubine Siti een sleutelrol in zijn testament te vervullen. Te midden van een opstand van de Indonesische arbeiders, begint een kat-en-muis-spel waar niemand heelhuids uit zal komen.