Zomer 1969, Martin is 12 jaar oud en droomt ervan om in het honkbalteam van de buurt te spelen totdat hij erachter komt dat hij niet geselecteerd is... Maar dan schiet zijn vader hem te hulp door een team B op te richten, bestaande uit de anderen die achterblijven. Na de aanvankelijke euforie realiseert de jongen zich dat het grootste talent van zijn team altijd nieuwe manieren vindt om te verliezen en dat zijn vader uiteindelijk heel weinig weet over honkbal, 12-jarige jongens en zijn eigen zoon.